AWB print SYMSI 7.0HRG
Indien er warmtevraag optreedt (warmwaterbehoefte of ruimteverwarming) zal de AWB print type SYMSI 7.0 HRG in bedrijf komen en zal het cv-water door de aluminium warmtewisselaar verwarmd worden. Bij een toestel zonder warmwatervoorziening wordt het cv-water over het radiatorencircuit rondgepompt.
Storing AWB print SYMSI 7.0HRG
Indien er geen cijfers op het display zichtbaar zijn dient men te controleren of er 230 V op de aansluitingen “L” en “N” van klemmenstrook “x1” aanwezig is (zie figuur 16 of 17).
Indien dit niet het geval is controleer dan of er spanning voor de zekering aanwezig is. De zekering bevindt zich op AWB print type SYMSI 7.0 HRG. Een eventuele kortsluiting bij de pomp dient verholpen te worden en/of de zekering 2AF dient vervangen te worden. Indien er bij een niet defecte zekering 230 V aanwezig is en het display geen teken weergeeft, dient de branderautomaat of het display vervangen te worden.
DE ZEKERING IS GEPLAATST IN HET 230 V CIRCUIT. VERWIJDER DUS EERST DE STEKKER UIT DE WANDCONTACTDOOS.
AWB print SYMSI 7.0HRG reageert niet op kamerthermostaatvraag
Controleer de kamerthermostaat. Bij toepassing van een buitenvoeler dient de voeler en zijn bedrading gecontroleerd te worden. Controleer de bedrading van de kamerthermostaat op kabelbreuk. Controleer de bedrading die van de kroonsteen naar connector “x2” of “x4” (bij een OpenTherm thermostaat) van de AWB print type SYMSI 7.0 HRG loopt. Indien de 24 V zekering [4 AT (zie figuur 16 of 17)] intact is en er is geen
sprake van een storing (knipperend cijfer), geen regelstop, geen antipendelcyclus, vervang dan de branderautomaat.
Toestel reageert niet op boilervraag
Controleer de tap-NTC en zijn bedrading. Bij toepassing van een externe boilerthermostaat of NTC dient de werking van deze thermostaat gecontroleerd te worden evenals de bedrading naar deze thermostaat.
Vergrendelende storingen
Een vergrendelende storing wordt weergegeven door twee om beurten knipperende cijfers van het storingsnummer, waarbij achter het laatste cijfer (eenheden) een punt staat. De condities waaronder de storing is opgetreden, kunnen via de fout-mode met behulp van het 4-cijferig display of met behulp van een PC uitgelezen worden. Nadat de storing achterhaald en verholpen is kan het toestel weer in bedrijf gesteld worden door de “reset”-knop in te drukken.
Tapstoringen
- Perlators in kranen vervuild.
- Onvoldoende voordruk in leidingnet.
- Doseerventiel vervuild.
Te lage tapwatertemperatuur
- Doseerventiel defect, debiet te groot.
- Mengventiel door kalkvorming aangetast of te laag ingesteld
- Maximale retourtemperatuur te laag ingesteld
- Driewegklep defect (lekkage cv-zijdig).
- Boiler-bedrijf uitgeschakeld (zie pagina 4 holiday-mode).
- Tap-NTC en/of bedrading defect.
- Belasting te laag ten gevolge van te veel weerstand in luchttoevoer/rookgasafvoer-systeem of vervuiling van de warmtewisselaar.
- Drie-weg-klep vervuild.